Jurisprudentie: schadevergoeding na ongeval op studiereis

26 februari 2024
Geschreven door: mr. J.S. Buiting

In een recente zaak moest de rechtbank oordelen over de vraag of een hogeschool een student een schadevergoeding moest betalen omdat zij tijdens een studiereis gedurende een hike van een brug was gevallen (Rechtbank Overijssel 7 februari 2023, ECLI:NL:RBOVE:2024:671). De student stelt recht op een schadevergoeding te hebben op grond van de reisovereenkomst met de hogeschool of omdat er onrechtmatig is gehandeld.

De rechtbank gaat eerst in op de reisovereenkomst en stelt vast dat de studiereis een pakketreis is, in de zin van artikel 7:500 van het Burgerlijk Wetboek. Voor dergelijke pakketreizen biedt de wet aanvullende bescherming aan de consument. De rechtbank oordeelt echter dat, omdat de hogeschool incidenteel, zonder winstoogmerk en met een beperkte groep reizigers een reis heeft georganiseerd, deze aanvullende bescherming niet van toepassing is (artikel 7:501, tweede lid, onder b, van het Burgerlijk Wetboek). De hogeschool heeft het organiseren van reizen niet als kernactiviteit, dat is het geven van onderwijs. Hierdoor hoeft de school niet aangemerkt te worden als organisator van pakketreizen.

Vervolgens gaat de rechtbank in op de vraag of de school een onrechtmatige daad heeft gepleegd jegens de student. Daarbij stelt de rechtbank voorop dat op een school een bijzondere zorgplicht rust voor de veiligheid van de leerlingen die aan haar zorg zijn toevertrouwd en onder haar toezicht staan. De school moet dan ook een veilig schoolklimaat bieden, maar deze zorgplicht is niet onbegrensd. Van de school kan  niet verwacht worden dat zij op iedere leerling rechtstreeks toezicht houdt. Wel oordeelt de rechtbank dat deze zorgplicht ook van toepassing is op opleidingsvreemde activiteiten, zoals een studiereis die door de hogeschool is georganiseerd. Desalniettemin heeft de hogeschool haar zorgplicht niet geschonden. Daarbij weegt de rechtbank mee dat de student meerderjarig is en dus een grote mate van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid heeft en dat de brug door de gids is gecontroleerd en veilig was bevonden. De hogeschool hoeft dan ook geen schadevergoeding te betalen.

Vorige
Vorige

Jurisprudentie: bindend studieavies en functiebeperking

Volgende
Volgende

Gebrekkig amendement numerus fixus op Engelstalig programma binnen een opleiding